dinsdag 19 februari 2013

Pasteis


Deze pasteis waren een serieuze verrassing, in de goede zin dan. Ik was 1,5 jaar geleden in Lissabon, en proefde daar Pasteis de Belèm (meer in Belèm dan in Lissabon dus, soit). Awel, zo erg veel verschilden ze dus niet van elkaar. 

Het recept is afkomstig uit 30 Minute Meals van Jamie Oliver, een boek dat mij nog nooit heeft teleurgesteld. Soms nogal chaotisch, omdat hij 3 gerechten in één beschrijving bundelt en daarmee het overzicht al eens om zeep helpt, maar als het het recept een paar keer leest, onthoud je de belangrijkste dingen wel. Wat ook helpt zijn de TV afleveringen bekijken, je vindt dat zelf wel op Internet hé.

We zijn vertrokken!


Dit is best plezant: Bladerdeeg uitrollen, bestuiven met kaneel en dan tot een worstje rollen!



Vingers gebruiken, precies zoals met plasticine!


Voor 6 pasteitjes
Bereidingstijd: 25 à 30 minuten

Ingrediënten:

Wat bloem om te bestuiven
1 rol kant-en-klaar bladerdeeg
kaneelpoeder
125 gr slagroom (volle room, geen light)
1 ei
1 theelepel vanille-extract
5 eetlepels lichtbruine basterdsuiker (kindjessuiker dus, geweetwel)
1 sinaasappel

Hoe?


Verwarm je oven voor op 200°.

Bestuif je werkoppervlak eerst met wat bloem, dat voorkomt problemen achteraf (het veroorzaakt ook wel weer witte plekken op uw broek, misschien geen zwarte broek meer dragen bij mijn recepten, of een goeie schort).
Ontrol het bladerdeeg (lukt beter als je hem een half uurtje op voorhand al uit de koelkast haalt) op je werkblad en herwerk hem met je deegrol tot een rechthoek. Je kan ook je deeg tot een bal rollen, en hem opnieuw uitrollen tot je een rechthoek krijgt. Soit, een rechthoek dus, doe vooral uw goesting. Bestrooi het deeg met kaneelpoeder en rol hem op. Snij de rol in 6 gelijke stukjes.
Gebruik je vingers om de deegrolletjes in ene muffinvorm (of 6 aparte vormpjes, wat je maar kan gebruiken) te duwen. Het is niet nodig ze in te vetten, de bloem van je werkblad doet zijn werk. De bodem moet goed plat zijn, het deeg mag er zeker nog bovenuit komen. Zet de vormpjes nu een 8 tot 10-tal minuutjes bovenaan in de oven, tot de gebakjes mooi goudbruin worden.

Terwijl de bodempjes in de oven bakken, kan je de vulling maken: Doe de room in een kommetje, samen met het ei, het vanille-extract, de zeste van 1 sinaasappel en één eetlepel lichtbruine basterdsuiker. Roer goed om tot een glad papje.

Eens uit de oven duw je de bodem wat terug naar beneden met een koffielepel. Verdeel het room-mengseltje over de muffinvormpjes, en zet terug in de oven voor een 8-tal minuutjes.

Zet een klein sauspannetje op een hoog vuur (als je dat hebt, is het het moment om die koperen sauspan boven te halen). Knijp er de sinaasappel over uit, samen met de 4 resterende lepels suiker. Laat inkoken tot je karamel hebt. Niet proberen proeven, want het zal het laatste zijn dat je proeft! 

Haal ondertussen de taartjes uit de oven. Verdeel er de karamel over. De boel gaat nog steeds een beetje wiebel-wiebel zijn (ik vind geen beter woord voor Jamie's "wobbly"), maar da's OK, dat komt allemaal in orde!

Nu moet je eigenlijk wachten tot ze lauwwarm zijn geworden, of je kan ze helemaal koud laten worden, en later serveren. Als je de taartjes graag opnieuw verwarmt, kan dat door ze eventjes in de oven te zetten.

Smakelijk!



PS: Ondertussen heb je een probleem, want uw karamel plakt tegen uw pan, helemaal gestold (of bijna toch), tenzij jij wel een warmte-proof pannenlikker hebt, maar ik niet. Soit, de truc om de pan nu proper te krijgen, is gewoon een flinke bodem water in de pan doen, en opnieuw opwarmen, zodat de karamel oplost en je je pannetje in een sopje kan wassen. It's magic!



1 opmerking: